In 1806 kocht ds. G.W. Stork het Stiftshuis van de familie Du Tour van de Bellinckhof, ook geschreven als Bellinckhave, die evenals zoveel andere edelen in de Franse tijd in de problemen was geraakt. Dominee Stork ging in het huis wonen, dat daardoor de pastorie van het Stift wordt genoemd. Ook zijn opvolger J.H. Stork gebruikte de pastorie tot aan zijn dood. Tussen 1900 en 1920 werd het bewoond door enkele huisartsen en daarna tot 1933 werd het bewoond door de directeur van de zuivelfabriek. Na een flinke restauratie werd het aan enkele diaconale instellingen verhuurd. Na de Tweede Wereldoorlog is het in de jaren ’50 en het begin van de jaren ’60 een vormingscentrum van de Nederlands-Hervormde Kerk geweest. Tenslotte heeft het tot 1974 een aantal jaren leeg gestaan.

In 1977 werd alles gerestaureerd. De Stiftshuizen staan er nu dus weer in hun 18e eeuwse glorie. Tegenwoordig wordt het Stiftshuis particulier bewoond.

Het Storkenhuis werd gebouwd in 1839 door Jan Everard Stork, een zoon van ds. G.W. Stork, op de plaats van enkele voormalige Stiftshuizen aan de noordzijde, het werd een groot huis dat nu bekend staat als het Storkenhuis.

In 1901 werd dit pand door de heer Beelaarts van Emmichhoven, gehuwd met Maria Henriette Stork, die als meisje de eerste steen legde, aan de Hervormde Gemeente van Weerselo verkocht. In 1909 kreeg het gebouw de functie van hulppostkantoor; kantoorhouder werd toen de heer A.J. Brilman uit Losser. Tot in 1970 hield de familie Brilman kantoor in dat huis om in 1970 naar het nieuwe postkantoor in de Raadhuisstraat te vertrekken. Als laatste bewoner verliet J. Huizink in 1975 het totaal afgeleefde huis.